werkt en organiseert in het boekenvak. Hij bedacht ROTSPALEIS, de kleinst mogelijke poëzievoorstelling in de grootst mogelijk indoor locatie, die in 2015 het Antwerpse Sportpaleis tweemaal deed vollopen voor een uiterst beperkt publiek.
Sinds zijn debuut Rots me in al je brandingen (2013), staat hij met beide voeten stevig in de letteren en met zijn gedichten op vele podia en literaire salons. Bij Vrijdag verschenen zijn tweede en derde dichtbundels, Zullen we ooit vulkanen zijn en Voor wie de liefde.
In 2020 publiceerde Briers zijn eerste roman, De Advocaat en de Zeiler, die hij samen met Kris Van Steenberge schreef.
(2020)
(2018)
(2016)
Over De advocaat en de zeiler:
'In het boek versmelten zij tot één stem. Hoe zij samen tot hun oogstrelende zinnen zijn gekomen, mag een wonder heten.' ★★★★★ - Hebban
'Het zal nog lang duren eer ik achteloos aan het 'Altaar' op het strand van Oostende zal voorbijgaan, waardoor je aan één kant de zee kan zien en aan de andere kant het Thermae Palace Hotel. Leest u vooral zelf waarom.' ★★★★★ - Facebookgroep Iedereen Leest
'De tocht komt langzaam op gang maar neemt vaart naar een onverwacht einde. Aanrader.' - Facebookgroep Iedereen Leest
'Een quatre-mains die van vakmanschap getuigt.' - De Standaard der Letteren
'Een roman vol adembenemende zinnen, een boek om te lezen en te herlezen. Puur en oprecht, geschreven door twee auteurs die met dit boek zullen scoren, want "De Advocaat en de Zeiler" heeft alles om een topper te worden!' - De Boekenkast
'Een pareltje van psychologische duiding' - KTV
'Het is een boek dat blijft nazinderen nadat je het uitgelezen hebt. Een boek dat aanzet tot nadenken over hoe ver je zelf zou gaan omwille van een vriendschap.' ★★★★- Boogiewoogie
'Dit is zo mooi, zo confronterend. Dit boek kruipt onder je huid en laat je wezenloos achter! Ik vind maar één ding jammer: dat het al uit is!' ★★★★★ - Facebookgroep Iedereen Leest
Woensdag 9 september stelden Kris Van Steenberge en Geert Briers hun roman 'De Advocaat en de Zeiler' voor in De Blikfabriek in Antwerpen. Met een welkomstwoord door Rudy Vanschoonbeek en een interview door Fien Sabbe.
